Een kleine 30 jaar geleden behaalde Noorderling Martin (liever geen achternaam) zijn diploma Industriële Vormgeving aan de TU Delft. Een veelbelovend papiertje dat hem echter niet bepaald aan was komen waaien. Martins wat onzekere karakter had zijn studie behoorlijk vertraagd, maar zijn eindsprint was indrukwekkend. Voor z’n afstudeerproject ontwierp hij een keukentrapje dat nu nog wordt verkocht en in miljoenen huishoudens te vinden is. Het leek de opstap naar een hemelbestormende carrière – Martin kreeg een baan met de taakomschrijving “Willy Wortel” – maar zijn gebrek aan zelfvertrouwen speelde op en zijn loopbaan ging langzaam bergafwaarts. Tot aan het uitkeringsloket aan toe. Doras in Amsterdam-Noord hielp hem zijn bezoedelde zelfvertrouwen weer op te poetsen. Want Martin is nu 60, maar voorlopig nog niet klaar.
De Banne 2 in Noord is niet de mooiste woonwijk die ooit in Amsterdam verrezen is. In een van de fantasieloze jaren ’70 blokkendozen, woont industrieel ontwerper Martin. Kort nadat ik zijn woning betreed, merkt hij op dat hij er voor hetzelfde geld heel anders bij had kunnen zitten. Hij toont mij de tekening van het, door hem ontworpen, trapje dat vele miljoenen binnenbracht. Alleen, niet op zijn bankrekening.
Niettemin is hij een tevreden man, vrij van verzuring en van al te veel rimpels; hij oogt jonger dan de 60 jaren die hij inmiddels meedraait.
Leiding geven
Gezeten aan de salontafel schenkt Martin mij koffie in en begint hij te vertellen over zijn werkzame leven.
Na zijn afstudeerproject – het keukentrapje – mocht hij meteen bij het bedrijf blijven waar hij het ontwerp maakte. Maar omdat men het trapje voorlopig nog niet in productie wilde nemen, zocht Martin toch iets anders; een treetje hoger, nieuwe perspectieven.
Bij het volgende bedrijf kwam hij al vlot terecht in het leiden van grote projecten, meer managen dan ontwerpen. Niet zozeer omdat hij dat wilde, maar omdat hij meer kennis had dan anderen. Alleen: dat managen bleek niet zijn grootste talent. Martin had er zijn handen vol aan, ontwikkelde weinig nieuwe ontwerpen, kreeg steeds minder waardering en steeds meer stress. Na zo’n 10 jaar van “de juiste man op de verkeerde plek” kreeg Martin een burn-out.
Ironisch genoeg had zijn vorige werkgever inmiddels Martins keukentrapje gelanceerd dat zich direct ontpopte tot een onvervalste kaskraker. Hij werd er geen cent wijzer van; niet de opsteker die je kunt gebruiken bij een burn-out.
Toen het vlammetje in hem weer aanwakkerde, werd Martin in 2005 – na een post HBO-cursus – werkleider van arbeidsgehandicapten. Ook deze baan bleek niet op zijn lijf geschreven. Als hoog gekwalificeerde medewerker bedeelde men hem weer een leidinggevende positie toe. Martin kreeg 50 mensen onder zich, tegen wil en dank eigenlijk, maar de kritiek op hem was er niet minder mals om. Zo verloor hij alle zelfvertrouwen. Even had hij geen idee meer wat te doen.
Erfenis voor Martin
Via een uitzendbureau rolde Martin in het baantje van postsorteerder, wat hem eigenlijk uitstekend beviel. Even geen grote verantwoordelijkheden, geen druk van anderen, gewoon de post in de sorteermachine doen en klaar. Domweg gelukkig als postsorteerder was hij, maar heel lang duurde dat niet. Doordat hij geen vaste aanstelling kon krijgen, werd Martin in 2013 werkloos. Een geluk bij een ongeluk was dat hij een erfenis van een tante ontving, waar hij een behoorlijk aantal jaren van kon leven. Een ongeluk bij een geluk was dat hij daardoor vergat een uitkering aan te vragen, waar hij wel recht op had.
Buurtteam
Toen tantes geld op raakte, werd het weer tijd om werk te zoeken. Maar Martin had inmiddels een serieuze slaapstoornis ontwikkeld; overdag was hij geen mens en niet in staat om te solliciteren.
Zo klopte Martin in 2018, de erfenis opgegeten, bij Buurtteam Amsterdam Banne aan. Er kwam een uitkering en, samen met een buurtteammedewerker, ging hij aan zichzelf werken. In zeven intensieve gesprekken werd de vinger op de zere plek gelegd: Martin had zich in zijn werkende leven onvoldoende assertief getoond, belandde steeds op de verkeerde werkplek en verloor zo het vertrouwen in eigen kunnen. Dat was niet alleen zijn schuld, werkgevers hadden ook een blinde vlek. Ze haalden een begenadigde spits binnen en stelden hem op als keeper.
Alibaba
Door dit verhelderende inzicht en doordat hij, samen met de huisarts, zijn slaapstoornis eronder had gekregen, vatte Martin nieuwe moed. En die moed wordt nu, we schrijven medio 2019, beloond.
Kort geleden heeft Martin zich aangemeld bij het “Fietsenmakerplan” van de gemeente en is hij direct juichend aangenomen bij een fietsen-/e-bikereperateur. Een kolfje naar zijn hand, want zelf bezit hij zes fietsen en pedaleert hij graag door het Twiske met zijn mountainbike. Bovendien kan hij er iets van het technisch vernuft in kwijt dat overduidelijk zijn brein domineert. Zo bestelt hij regelmatig op de website van Alibaba kleine, technische producten waarvan hij het ontwerp probeert te verbeteren. Een fietslamp, een ventilator, een kookwekker of wat dan ook; Martin ontwerpt een verbeterde versie en maakt daar, thuis aan de werktafel, prototypes van.
Zelfbewust
Het is mooi om te zien hoe enthousiast Martin over zijn nieuwe fietsenmakerschap praat en over zijn eigen “Alibaba-projecten”. Mooi ook hoe het buurtteam hem heeft kunnen helpen om zelfbewuster in het leven en werk te staan. Deze Martin laat zich niet meer voor allerlei karretjes spannen, maar gaat eindelijk zijn eigen gang.
Want dat is wat Martin moet doen, is mij na één gesprek al gebleken: lekker in z’n eentje aan ontwerpen werken, met een leuke, technische baan voor de vastigheid. Je zou kunnen zeggen dat de man die ooit als Willy Wortel werd aangenomen, zichzelf opnieuw heeft uitgevonden. Als ik Martin ten afscheid de hand druk, krijg ik het gevoel dat de opvolger van het keukentrapje niet ver weg meer kan zijn. Dan zal hij met voor- en achternaam in de krant staan.
Door Pim Besselink